Roodkapje is een van de meest bekende sprookjes. Het sprookje is ontstaan in het Midden-Oosten in de eerste eeuw na Christus. Daarna is Roodkapje in vele verschillende versies geschreven. De bekendste hiervan is door de gebroeders Grimm. In de negentiende eeuw verzamelden zij veel sprookjes en volksvertellingen en bundelden deze.
Het sprookje van Roodkapje
Er was eens een lief klein meisje dat door iedereen werd bemind, maar vooral door haar grootmoeder, die niet wist wat ze allemaal voor het kind zou doen. Op een dag gaf zij haar een kapje van rood fluweel en omdat het haar zo goed stond en zij voortaan niets anders meer wilde dragen, werd zij Roodkapje genoemd.
Op een dag zei haar moeder: “Kom, Roodkapje, hier heb je een stuk koek en een fles wijn, breng die naar je grootmoeder, want ze is ziek en zwak. Doe het voor ze te laat is. Ga netjes en loop niet van het pad af, anders val je nog en breekt de fles en dan heeft grootmoeder niets. En als je in haar kamer komt, vergeet dan niet ‘goedemorgen’ te zeggen en kijk niet eerst overal rond.”
“Ik zal goed oppassen,” beloofde Roodkapje haar moeder en ze gaf haar een hand ten afscheid.
Roodkapje ontmoet de wolf
De grootmoeder woonde buiten in het bos, een half uur van het dorp. Toen Roodkapje in het bos kwam, ontmoette zij de wolf, maar zij wist niet dat hij zo’n boosaardig dier was en was helemaal niet bang voor hem.
“Goedendag, Roodkapje,” zei hij.
“Dag, wolf,” antwoordde zij.
“Waar ga je zo vroeg naar toe, Roodkapje?”
“Naar grootmoeder.”
“Wat draag je daar onder je schortje?”
“Koek en wijn. We hebben gisteren gebakken en grootmoeder is ziek en zwak, ze kan het goed gebruiken.”
“Waar woont je grootmoeder, Roodkapje?”
“Nog een kwartier verder het bos in, onder de drie grote eikenbomen, daar staat haar huisje, beneden zijn de notehagen, dat weet je vast wel,” zei Roodkapje.
De wolf dacht bij zichzelf: “Dat jonge, malse ding, dat is een lekker hapje, dat zal nog beter smaken dan die oude vrouw. Als je slim te werk gaat, kan je ze allebei pakken.” Hij liep een eindje met Roodkapje mee en zei toen: “Roodkapje, kijk eens naar de mooie bloemen die hier overal staan, waarom kijk je niet om je heen? Ik geloof dat je niet eens hoort hoe lieflijk de vogeltjes zingen! Je loopt maar recht toe recht aan, alsof je naar school gaat, en het is hier buiten toch zo verrukkelijk!”
Roodkapje plukt bloemen voor grootmoeder
Roodkapje keek op en toen ze zag hoe de zonnestralen door de bomen dansten en alles vol mooie bloemen stond, dacht ze: “Als ik voor grootmoeder een mooi bosje bloemen meeneem, zal ze dat erg leuk vinden; het is nog zo vroeg, dat ik toch op tijd kom.”
Ze verliet het pad, holde het bos in en plukte bloemen. En telkens als ze een nog mooiere had geplukt, dacht ze dat er verderop een nog mooiere stond, en zo raakte ze steeds dieper het bos in. Maar de wolf ging rechtstreeks naar het huis van grootmoeder en klopte aan de deur.
De wolf bij grootmoeder
“Wie is daar?”
“Roodkapje, met koek en wijn, doe open.”
“Druk maar op de klink,” riep de grootmoeder, “ik ben te zwak om op te staan.”
De wolf drukte op de klink, de deur sprong open en zonder een woord te zeggen sprong hij naar het bed en verslond de grootmoeder. Toen trok hij haar kleren aan, zette haar slaapmuts op, ging in haar bed liggen en trok de gordijnen dicht.
Roodkapje bij grootmoeder
Ondertussen had Roodkapje aan de bloemen gedacht en toen ze er zoveel had dat ze er bijna niet meer bij kon, dacht ze weer aan grootmoeder en ging op weg naar haar toe. Ze was verbaasd dat de deur openstond en toen ze de kamer binnenkwam, had ze zo’n vreemd gevoel, dat ze dacht: “O jee, wat voel ik me angstig, terwijl ik anders zo graag bij grootmoeder ben.”
Ze riep: “Goedemorgen,” maar kreeg geen antwoord. Daarop liep ze naar het bed en schoof de gordijnen opzij. Daar lag grootmoeder met haar muts over haar gezicht getrokken en ze zag er heel vreemd uit.
“O grootmoeder, wat heeft u grote oren!” zei ze.
“Des te beter om je te horen!”
“O grootmoeder, wat heeft u grote ogen!”
“Des te beter om je te zien!”
“O grootmoeder, wat heeft u grote handen!”
“Des te beter om je te pakken!”
“Maar grootmoeder, wat heeft u een verschrikkelijk grote mond!”
“Des te beter om je op te eten!”
Nauwelijks had de wolf deze woorden gesproken, of hij sprong uit bed en verslond het arme Roodkapje.
Gelukkig kwam de jager
Toen de wolf zijn honger had gestild, ging hij weer in bed liggen, viel in slaap en begon vreselijk te snurken. Een jager kwam juist voorbij en dacht: “Wat snurkt die oude vrouw hard, ik moet eens kijken of haar iets scheelt.” Hij ging de kamer binnen, en toen hij voor het bed stond, zag hij dat de wolf erin lag.
“Vind ik je hier, ouwe boosdoener?” zei hij. “Ik heb lang naar je gezocht.” Hij wilde net zijn geweer aanleggen, toen hij bedacht dat de wolf de grootmoeder misschien had opgegeten en dat ze nog te redden zou zijn. Hij schoot niet, maar pakte een schaar en begon de buik van de slapende wolf open te knippen. Na een paar knippen zag hij het rode kapje glimmen, en na nog een paar knippen sprong het meisje eruit en riep: “O, wat was ik bang, wat was het donker in de buik van de wolf!”
En toen kwam ook de oude grootmoeder levend tevoorschijn. De jager pakte zijn naald en draad en naaide grote, zware stenen in de buik van de wolf. Toen hij klaar was, had hij de buik van de wolf weer netjes dichtgenaaid.
Niet lang daarna werd de wolf wakker. Hij voelde zich zwaar en had een vreselijke dorst door het verslinden van Roodkapje en haar grootmoeder. “Wat is er met me aan de hand? Wat voel ik me zwaar en dorstig”, mompelde hij. Met moeite stond hij op en waggelde naar buiten, op zoek naar water.
En de wolf zagen ze nooit meer
Niet ver van het huisje van grootmoeder was een diepe put. De wolf sleepte zich ernaartoe, verlangend naar een verfrissende slok water. Toen hij zich over de rand boog om te drinken, trok het gewicht van de stenen in zijn buik hem naar beneden. Met een luide plons viel hij in de put en door het gewicht van de stenen zonk hij meteen naar de bodem en verdronk.
Roodkapje, de grootmoeder en de jager hoorden de plons buiten. Ze keken uit het raam en zagen wat er gebeurd was. Alle drie waren ze blij dat ze van de boze wolf verlost waren. De grootmoeder at de koek en dronk de wijn die Roodkapje had meegebracht en Roodkapje dacht: “Ik zal nooit van mijn leven meer alleen van het pad afgaan, als mijn moeder het verboden heeft.”
De jager nam afscheid en ging naar huis, tevreden dat hij twee levens had gered. Roodkapje bleef nog een poosje bij haar grootmoeder en beloofde dat ze, als ze weer door het bos zou gaan, altijd goed zou oppassen en niet van het pad zou afwijken.
En zo leefden Roodkapje en haar grootmoeder nog lang en gelukkig.
De moraal van het sprookje Roodkapje
Elk sprookje heeft een moraal. Voor het verhaal van Roodkapje bestaan verschillende moralen. De meest voor de hand liggende is dat je als kind moet luisteren naar wat je ouders zeggen. Als Roodkapje namelijk naar haar moeder had geluisterd en geen bloemen had geplukt had ze de wolf niet op het idee gebracht om hun allemaal op te eten.
Een leuk kinderliedje
Ook is er van dit meisje met rood kapje een kinderliedje gemaakt. Dit liedje volgt het sprookje en ook daar komt de moraal weer naar voren. Maar daar maalt natuurlijk geen kind om. Het is vooral een erg leuk kinderliedje.
Zeg roodkapje waar ga je heen
Zo alleen, zo alleen
Zeg Roodkapje waar ga je heen
Zo alleen
Ik ga bij grootmoeder koekjes brengen
In het bos, in het bos
Ik ga bij grootmoeder koekjes brengen
In het bos
In het bos wonen de wilde dieren
In het bos, in het bos
In het bos wonen de wilde dieren
In het bos
Ben niet bang voor de wilde dieren
Ben niet bang, ben niet bang
Ben niet bang voor de wilde dieren
Ben niet bang
Pas maar op daar komt de wolf
Pas maar op, pas maar op
Pas maar op daar komt de wolf
Pas maar op…
De hoofdpersonen in dit sprookje
Het verhaal van Roodkapje heeft verschillende bekende personages. Sommige komen alleen in dit sprookje voor, andere zie je ook in andere sprookjes terug. Hieronder staat een lijst met de belangrijkste personages uit het verhaal van Roodkapje. Er staat ook bij of ze ook in andere sprookjes voorkomen.
Hieruit blijkt dat het sprookje handig gebruik maakt van personages die het publiek al kent uit andere verhalen. Maar het voegt ook nieuwe personages toe die echt bij dit verhaal horen. Deze mix van bekende en nieuwe personages maakt het sprookje al heel lang populair.
De personages hebben allemaal een andere rol in het verhaal. Roodkapje is de hoofdpersoon. Zij moet alleen door het bos reizen, wat heel gevaarlijk is. De wolf is heel slecht. Hij wil Roodkapje en haar oma opeten. De jager redt Roodkapje en haar oma juist van de wolf. De andere personages staan ook symbool voor iets, bijvoorbeeld goed of kwaad. dat maakt het verhaal extra bijzonder.
Personage | Beschrijving | Komt ook voor in andere sprookjes |
Roodkapje | Jong, naïef meisje met een rood kapje op | Nee |
Moeder van Roodkapje | Zorgzame moeder | Nee |
Grootmoeder | Zieke, oude grootmoeder van Roodkapje | Ja, vaak als zwak, oud vrouwtje (Hans en Grietje) |
Wolf | Grote, boze wolf die Roodkapje en grootmoeder wil opeten | Ja, vaak als slecht personage (De wolf en de 7 geitjes, Drie biggetjes en de wolf) |
Jager | Redt Roodkapje en grootmoeder van de wolf | Ja, vaak als redder (Sneeuwwitje) |
Bos | Donker woud waar Roodkapje doorheen loopt | Ja, vaak als gevaarlijke plek (Hans en Grietje, Kleinduimpje) |
Het oude sprookje van Roodkapje blijft daarom tot op de dag van vandaag interessant.
De magie van het sprookje van Roodkapje
Het sprookje van Roodkapje is al eeuwenlang een geliefd verhaal. Het sprookje speelt zich af in een fantasiewereld vol magie en symboliek. Roodkapje is een jong, naïef meisje dat door haar moeder op pad wordt gestuurd om haar zieke grootmoeder eten te brengen. Ze krijgt een mandje mee en loopt vol vertrouwen en onschuld door het donkere bos. Onderweg ontmoet ze de sluwe wolf, die haar met listige vragen uithoort. De wolf vermomt zich vervolgens als Roodkapje om bij de grootmoeder binnen te komen. Zijn vermomming, valse stem en misleiding zorgen voor een angstaanjagende wending.
De kwetsbare Roodkapje en grootmoeder kunnen zich niet verweren tegen de brute kracht en wreedheid van de wolf. Ze worden opgeslokt door het monster. De magische redding komt uiteindelijk van de jager, die de buik van de wolf opensnijdt en Roodkapje en haar grootmoeder bevrijdt. Het is een sprookje vol spanning, sensatie en griezeligheid. De wereld van Roodkapje is een magische plek waarin dieren kunnen praten, zich vermommen en kwade bedoelingen hebben. Het sprookje waarschuwt ons voor gevaren, maar viert ook de overwinning van goed over kwaad. De magie schuilt in de verbeelding en de diepere betekenis van dit tijdloze folkloreverhaal.
Leuke weetjes over het sprookje Roodkapje
- Het sprookje van Roodkapje is waarschijnlijk ontstaan in de 16e eeuw en is gebaseerd op een oudere versie van het verhaal die teruggaat tot de Middeleeuwen.
- In sommige versies van het sprookje wordt Roodkapje niet opgegeten door de wolf, maar in plaats daarvan bevrijd door een jager of een ander personage.
- In sommige culturen wordt het sprookje van Roodkapje verteld met een andere naam, zoals “Roodkapje en de Wolf” of “Roodkapje en de Grote Boze Wolf”.
- De grote boze wolf komt ook in andere sprookjes voor, zoals De drie biggetjes.
- In sommige versies van het sprookje wordt Roodkapje niet gered door een boswachter of een jager, maar door haar eigen slimheid. In sommige versies van het verhaal verstopt Roodkapje zich in de kast in de kamer van haar grootmoeder en laat de wolf zichzelf opvreten door zijn eigen lange tong.
- Het sprookje van Roodkapje is een van de bekendste sprookjes ter wereld en is overgeleverd in talloze versies en talen. Het is ook vaak verfilmd en verwerkt in andere media, zoals films, televisieseries en boeken.
Photo Credit: HSmade via Compfight cc
Photo Credit: marie-ll via Compfight cc

Erik is vader van 3 kinderen en tijdens het voorlezen van sprookjes gefascineerd geraakt door de verhalen, de magie en symboliek. Op deze websites laat ik je de leukste sprookjes zien en neem je mee in de oorsprong en betovering. Neem je ook deel aan deze betoverende reis!
Roodkapje is bij mij nooit erg populair geweest daar dit sprookje de haat tegen de wolf eeuwenlang aanwakkerde! Als daarbij de wolf, verkleed als grootmoeder, de twee dames levend had verslonden had hij nog groter dan een nijlpaard geweest moeten zijn en een taaie oma zal de wolf erg zwaar op de maag hebben gelegen, gelijk aan zijn twee soortgenoten die drie biggetjes en zeven geitjes op een soortgelijke wijze wilden consumeren!
Ik ken een pittiger versie die Roodkapje niet als een kleuter voorstelt maar als een jonge meid van +-14-16 jaar. Deze versie vond Marita De Sterck in Frankrijk en de wolf is mogelijk een weerwolf, dus geen echte wolf. U kunt deze versie terugvinden in “beest in bed” of “bloei”. Voor erg jonge kinderen is deze versie niet echt geschikt, maar deze versie maakt wel van een meisje een vrouw. En er komen geen boswachters of jagers in voor, grootmoeder is en blijft dood en hoe de kleindochter =roodkapje aan meneer de wolf ontsnapt (en of het haar lukt) leest u zelf maar.